Enschede-Losser

Achtergrond

Damacener rozen zijn evenals Gallica’s eeuwen oud. Ze werden op grote schaal gekweekt in het Midden-Oosten en door reizigers meegenomen naar Europa. Ook kruisridders namen ze mee, onder andere Robert de Brie bracht ze mee naar zijn kasteel in Frankrijk omstreeks 1260. Later werden ze verspreid door heel Europa.
Men neemt aan dat deze rozengroep een kruising is tussen een Gallica en de botanische roos Phoenicea. De laatste is een struik met kleine witte bloemetjes en heeft eigenlijk geen waarde als tuinroos. Omdat de ouders zeer verschillend zijn, is het te begrijpen dat Damaceners verschillend van uiterlijk kunnen zijn.
Het zijn over het algemeen forse struiken van rond 1.50 m. hoog. De bloemen zijn bijna altijd roze van kleur en ze hebben een zeer sterke geur. Sommige hebben een bloem met een meer open karakter, andere zijn meer gevuld.

 

Afstammelingen

De variëteiten die maar éénmaal per jaar bloeien in de vroege zomer, noemt men om die reden “zomer Damaceners”.
Enkele zomer Damaceners: Madame Hardy. Hardy was tuinman van keizerin Josephine in Malmaison. Hij kweekte deze roos in 1832 en vernoemde haar naar zijn vrouw. Het is een witte roos met een groene knoop. Naar verluidt heeft ze bepaalde kenmerken van een Centifolia roos.
Marie-Louise stamt ook uit Frankrijk en werd gekweekt in 1811.Ze heeft enorme grote, roze bloemen en een sterke, zoete geur. Ispahan stamt uit 1832 en heeft roze bloemen. Ook deze geurt heel sterk zoals alle Damaceners.  Ook zij bloeit éénmaal per jaar, maar is wel de eerste Damacener die met de bloei begint en de laatste die ermee ophoudt.
Stanwell Perpetual is een bijzonder geval. Gevonden in een cottage tuin in 1838, is de afstamming een beetje een raadsel. De één zegt dat het een kruising is tussen een herfst Damacener en Rosa Spinosissima, anderen spreken van de invloed van een Portland roos. Deze roos is herbloeiend en ze kan erg groot worden. Ook deze roos geurt erg sterke sterk en heeft roze bloemen.

We kennen dus ook de herfst Damacener roos. Deze familie is één van de belangrijkste historische rozen, omdat ze vaker dan één keer per seizoen bloeit en bovendien “hielp” bij het ontstaan van andere familie’s. De herfst Damacener’s worden ook wel Quatre Saisons rozen genoemd. Anders dan bij moderne rozen, kunnen deze Damaceners een “pauze” van een paar weken nemen voordat ze weer doorbloeien.
De afstamming is weer in nevelen gehuld. Rosa Gallica en Rosa Moschata zouden de ouders zijn maar er zijn ook andere theorieën. Ook zou het een mutatie kunnen zijn van een zomer Damascener. Deze rozen werden het eerst gezien op het Griekse eiland Samos eind 10e eeuw voor Christus. In de oudheid werden ze veelvuldig gebruikt in Griekenland en Rome voor de verering van de goden. Vandaag de dag worden deze rozen nog steeds gekweekt voor de rozenindustrie, op enorme velden in landen als Marokko, Turkije, India, of Bulgarije.

 

“Product informatie”

Quatre Saisons zijn nog steeds verkrijgbaar. Als u overweegt een roos uit deze groep aan te schaffen, zou ik voor de aankoop wel even informeren of het wel of niet een herbloeier is.